column

Johan Goossens: "Zijn we voorbij het hoogtepunt van acceptatie?"
Johan Goossens loopt langs een regenboogzebrapad in Amsterdam Sloterdijk. De kleuren zijn flets, de sfeer grimmig. Wat ooit symbool stond voor vooruitgang, voelt ineens als een relikwie uit naïevere tijden. In deze column stelt hij de ongemakkelijke vraag: zijn we voorbij het hoogtepunt van acceptatie?
Murw van alle onheilsberichten over extreemrechts en de toestand in Amerika, wandel ik in de avondzon richting station Amsterdam Sloterdijk. Ik loop aan de achterkant over het regenboogpad dat de volle breedte van de looproute bedekt. De kleuren zijn een stuk valer dan bij de aanleg zo’n tien jaar geleden en over het algemeen slaan weinig reizigers er nog acht op. Maar vanavond zie ik een groepje jongeren dramatisch misbaar maken bij het zien van de kleuren. Alsof de vloer lava is, springen ze op de reling aan de zijkant en lopen demonstratief over het enige regenboogloze randje dat er is.
Op zich iets wat ik vroeger met mijn Brabantse pubervrienden ook had kunnen doen. En het is ook niet dat ik heel erg gehecht ben aan regenboogpaden of -bankjes. Symboolpolitiek heb ik het altijd gevonden. En toch. Misschien door de onheilsberichten, de verschoten kleuren of de joelende jongeren, stemt het tafereel me treurig. Amper tien jaar oud, en desondanks voelt deze regenboog vanavond bijna als een relikwie. Een overblijfsel uit een andere, misschien wat naïeve tijd. Waarin we hoopten dat lhbtiqa+-acceptatie ooit zo probleemloos en apolitiek zou worden als pakweg een lantaarnpaal.
was het echt, die wijdverbreide acceptatie, of toch niet meer dan een trend?
Maar wat als de hoogtijdagen van acceptatie inmiddels achter ons liggen? Wat als de slinger nu even hard de andere kant op blijft gaan en steeds meer mensen lhbtiqa+-kwesties beu worden? Zoals we in de jaren negentig enthousiast flippo’s spaarden, tot je van de een op de andere dag je felbegeerde verzamelmap aan de straatstenen niet meer kwijt kon. Soms vrees ik dat de lhbtiqa+- acceptatie niet meer was dan dat – een modegril. En als het een modegril was, was het hoogtepunt dan zo overtrokken? Hebben we de mensen overvoerd? Hebben we onze hand misschien overspeeld? Zelf vond ik de toon vanuit onze hoek soms erg veeleisend. Begrijp me goed: gelijke rechten mag je opeisen, maar begrip en acceptatie hebben volgens mij een zachtere aanpak nodig. We leken soms even agressief te reageren op iemand die per ongeluk een verkeerde aanspreekvorm gebruikte, als op échte haters.
Maar misschien heeft het geen zin de schuld bij onszelf te zoeken. Belangrijker is: hoe nu verder? Moeten we de straat weer op? ‘I’m here, I’m queer, get used to it’? Nog meer regenboog zebapaden aanleggen? Of hebben we exposure als tactiek wel maximaal uitgewrongen? En wat dan? Terug in de kast is ook geen optie. Ik kijk in de avondzon naar het regenboogpad en vraag me af of het er over tien jaar nog zal liggen.
Grooming: Emma Blok
lees ook
-
Uit de kast voor de klas: moet je als leraar je geaardheid delen?
Columnist Johan Goossens worstelt met deze vraag
-
Johan Goossens over hoe veilig queer-zijn is in de stad
-
“Feministen ... en homo's die heel overdreven doen”
Johan Goossens over de jeugd
-
Puzzelstukjes
Winq-columnist Johan Goossens over een verloren vriend
-
“Je hebt gelijk gekregen, pap”
Johan Goossens over een groene planeet
-
“Zou haar opmerking me ook zo hebben geraakt als een homoseksuele vriend hem maakte?”
Johan Goossens over oud zeer
-
“Inmiddels heb ik wel geleerd dat duidelijkheid ook een waarde heeft”
Johan Goossens over blocken op Grindr
-
“Voor iemand die is opgevoed met het idee dat seks toch eigenlijk een beetje jammer is, was dit een openbaring”
Johan Goossens over zijn reis door Brazilië
-
“Hij was de eerste homo in mijn leven aan wie je het schaamteloos kon zien”
Johan Goossens over zijn eerste keer seks met een man
-
“Ooit was seks voor mij een brandend verlangen waar alles voor moest wijken”
Johan Goossens over ouder worden