Column

Weg met die ’wetten’

Boris Dittrich

Gepubliceerd
Leestijd: < 1 min

Op internet bekeek ik net het filmpje waarin zanger Dotan omstandig zijn excuses aanbiedt, omdat hij iedereen heeft belazerd. We weten allemaal hoe lastig het is om ‘sorry’ te zeggen, wanneer je beseft dat je een grote fout hebt gemaakt. Dat geldt niet alleen voor relaties tussen mensen, maar ook in het verkeer tussen staten. 

Afgelopen april heeft de Britse minister-president Theresa May ‘diepe spijt´ betuigd in haar toespraak ter gelegenheid van de vergadering van de Commonwealth of Nations (Gemenebest van Naties). De Gemenebest bestaat uit 53 landen met zo’n 2,4 miljard inwoners. De meeste zijn voormalig Britse koloniën die in de vorige eeuw onafhankelijk zijn geworden.

Waarom betuigde May spijt? Groot-Brittannië heeft ooit een wet ingevoerd die homoseksueel gedrag in de Gemenebestlanden strafbaar stelt. Ook na hun onafhankelijkheid hebben de meeste Gemenebestlanden die strafbaarstelling gewoon in hun wetboek van strafrecht laten staan. “Ik ben me er zeer van bewust dat deze wetten vaak door mijn land werden ingevoerd. Die wetten waren toen verkeerd, en dat zijn ze nog steeds”, zei May. De minister-president liet weten dat haar regering herziening van deze wetten in de voormalig koloniën zal steunen.

Pleiten voor afschaffing noemen ze een poging Westerse normen op te dringen.

In maart was ik in Barbados en Sint Lucia, twee Commonwealth-lidstaten, waar ik een rapport van Human Rights Watch over dit onderwerp presenteerde. De meest gehoorde reactie van politici in het Oostelijk Caraïbisch gebied is dat het allemaal wel meevalt. "De wetten worden niet toegepast, homo’s verdwijnen echt niet in de gevangenis." En tegelijkertijd zeggen ze dat de wet moet blijven bestaan, omdat homoseksueel gedrag zondig is en tegen de lokale tradities en cultuur. Pleiten voor afschaffing noemen ze een poging Westerse normen op te dringen. Maar de politici gaan expres aan het feit voorbij dat de Rooms-Katholieke Kerk in 2009 tijdens een vergadering van de VN over homodiscriminatie heeft verklaard tégen dit soort wetten en discriminatie te zijn. En ze vergeten gemakshalve dat Groot-Brittannië als kolonisator homohaat en anti-homowetten heeft geïmporteerd, waar dit daarvoor helemaal niet aan de orde was. Het bestaan van dit soort wetten maakt homo’s tot tweederangsburgers.

De politie beschermt ze niet en kijkt de andere kant op wanneer de slachtoffers zelfs al aangifte van een misdrijf durven doen.

De Duitse regering ging May voor in 2017. In juni van dat jaar bood de minister van Justitie zijn excuses aan en beloofde een schadeloosstelling aan homo’s die in het verleden veroordeeld waren vanwege hun seksuele oriëntatie. En in december vorig jaar zei de Canadese premier Justin Trudeau met tranen in zijn ogen dat hij spijt had van de homohaat uit het verleden en kondigde meteen een fonds van honderd miljoen dollar aan om slachtoffers van homohaat te compenseren. Vooralsnog hangt er geen prijskaartje aan Mays spijtbetuiging en hebben de regeringsleiders van de discriminerende Commonwealth-landen nog niet beloofd hun wetten in te trekken. Zodoende worden dus elke dag mensen gepest, in elkaar gemept, uit huis gezet, ontslagen en geïsoleerd onder invloed van deze wetten. Omdat ze zijn wie ze zijn. De politie beschermt ze niet en kijkt de andere kant op wanneer de slachtoffers zelfs al aangifte van een misdrijf durven doen.  

Maar voor Dotan en al die regeringsleiders en homohaters uit discriminerende landen geldt het citaat van George Eliot, pseudoniem van Mary Ann Evans: “Het is nooit te laat om te zijn wie je had kunnen worden.”

Powered by Labrador CMS